Bij een CTG worden er twee contactpunten op je buik geplaatst en vastgemaakt met elastische banden. Ze registreren de hartslag van je baby (via de tachymeter) en de activiteit van je baarmoeder (via de tocometer). De uitslag van deze meters wordt afgedrukt op papier.


Een CTG lezen en interpreteren is werk voor de vroedvrouw of gynaecoloog, maar het is wel handig om te weten wat de verschillende curves weergeven. De bovenste curve toont de hartslag van je baby in realtime. Een normale hartslag varieert van 110 tot 160 slagen per minuut.


De donkere blokjes in het midden van het blad geven de bewegingen weer. Hier kun je volgen hoe actief de baby in de baarmoeder is.

Op de onderste curve vind je de activiteit van de baarmoeder, met de frequentie en intensiteit van de weeën.


De CTG kun je in de verloskamer bekijken, maar vroedvrouwen kunnen ook vanop afstand volgen hoe het met jou en je baby gaat.


hoe lees je de monitor